0)
Ö
oo
Cd
c
i
t
Gc
O0
0 *
&
mo 5
®&]
heid vroolijke tijd
maar toen vertelde
den Kerstavond, W
versierd geweest
koeken en lichten.
„Cs, zeiden de mu
ben Je toch gelukki
jij oude denneboa
„Maar ik ben in:
niet oud“, zei
„Eerst dezen wint
uit het bosch gel
van toen af is mr
blijven stilstaan.“
„En wat kunt
vertellen !“ zeiden
muizen. En den v
nacht kwamen ze #
vier andere muisjci
de verhalen van d
3
_
Ed
_
eû
wd
®]
Îs
_—
|
N
|
&
>
[en]
Fe
7
>
=_
|
|
=—_
—_
©
=d
aal
29
|
l
4
U}
dd
Bp
20
24
uE
om
L
L
ke
luisteren; en hoe meer
1e vertelde, hoe duidelij-
r hij zich alles herinnerde
hoe meer hij dacht : „dat
ren toch heerlijke tijden !
ar zij kunnen weerkomen.
umpe-Dumpe viel van de
‚ppen en trouwde toch een
nses, misschien kan ik
k nog wel een prinses krij-
n.“ En toen dacht de den-
Joom aan een klein, aar-
* berkenboompje, dat bui-
in het bosch groeide, en
voor den denneboom
rkelijk een heel mooi prin-
je wezen zou.
„ Wie is Klumpe-Dumpe ?“
vegen de muisjes.
Toen vertelde de denne-
— 5
té
—
mt
4