stoan Li —dechten verzon:
ken, ner: orden de vogels
in het bosch zooiets verteld.
„Klumrs-Dumpe viel van de
trappen en kreeg toch de
prinses! Ja, ja, zoo gaat het
in de wereld!“ dacht de
boom en meende dat het
‘echt gebeurd was, want het
was zulk een deftig man die
het vertelde.
„Ja, ja, wie kan weten!
misschien val ik ook nog
wel van de trappen en krijg
een prinses!“ En hij ver-
heugde er zich reeds in, dat
hij den volgenden dag weer
zou versierd worden met
lichten en speelgoed, goud
2 vruchten. „Morgen zal ik
niet weer beven“, dacht hij.
„Dan zal ik mijn heerlijk-
heid eens recht genieten.
Morgen zal ik weer de ge-
schiedenis van Klumpe-
Dumpe hooren, en misschien
die van Ivede-Avede ook.“
En de boom stond den ge-
heelen nacht onbeweeglijk
en in gedachten verzonken.
's Morgens kwamen de
knecht en het dienstmeisje
binnen.
„Nu begint de pret op-
nieuw“, dacht de boom, maar
zij sleepten hem de kamer
uit, de trappen op, naar den
zolder, en legden hem in een