EEN GOED HUMETR.
dienstbaar, stevig touw hangen; hij bad ook zoo’n dik touw
achter zich, een „substituut,” die de zaken bezorgde en dat
nog heden achter een nieuw geborduurd schellekoord doen
moet. Zoo is alles in deze wereld zoo mooi ingericht, dat men
wel blij en tevreden mag wezen.
Hier rust — ja, ’t is wel treurig! — een man, die zeven
en zestig jaar van plan is geweest, een aardigheid te zeggen.
Daar leefde hij voor. Eindelijk viel hem er werkelijk eene in;
hij was namelijk zelf overtuigd, dat ze goed was, en dat
bracht hem zoo in verrukking, dat hij dood bleef, dood van
pure blijdschap over die nog onverkochte ui. Niemand kon
daarover lachen, want niemand kreeg haar te hooren. Ver.
moedelijk laat deze kwinkslag hem nu niet eens rust in het
graf; want aangenomen, dat het een ui was, die zich alleen
aan ’t ontbijt laat verkoopen om werking te doen, terwijl de
afgestorvene naar men zegt alleen tegen het middernachtsuur
verschijnt, dan past de ui zoo niet voor den tijd; niemand
lacht er over, en dus dient de goede man met zijn ui maar
weer ongetroost ten grave te dalen. Niet waar, een treurig
graf?
Hier rust een uiterst gierig oud mensch. Bij baar leven
stond zij in den nacht op en miauwde, opdat de buren denken
zouden, dat ze er een kat op nahield, zoo gierig was ze!
Hier rust een voorname juffer. In elk gezelschap wilde zij
hare mooie stem laten hooren, en dan zong ze: „Mi manca
la voce!’ Dat was de eenige waarheid in haar leven.
Hier rust eene juffer van een anderen aard. Als de kanarie-
vogel van het hart begint te schetteren, steekt het verstand
de vingers in de ooren. „Schoone Ella trad voor ’t echt-
altaar!” — ’t Is eene alledaagsche historie, maar mooi verteld.
Laat de dooden rusten !
Hier rust eene weduwe; zwanenzangen had ze op de lippen
en uilenzal in het hart. Ze ging bij hare goede vrienden op